Aanpak verdroging: Natte Natuurparel Vloeiweide
Waterschap Brabantse Delta pakt samen met Brabants Landschap de verdroging in natuurgebied de Vloeiweide aan. Ze doen dat door het ontwikkelen van de Natte Natuurparel en het herstellen van de beek de Bijloop. De Vloeiweide ligt tussen Effen, Etten-Leur en Rijsbergen.
Het natuurgebied is deels verdroogd. Dat komt omdat het gebied zo is ingericht dat het grondwater het gebied snel verlaat. Dit heeft grote gevolgen voor planten en dieren. ‘Door het herstellen van de beek de Bijloop en het ontwikkelen van natte natuur vergroten we de overlevingskansen voor planten en dieren. Ook voor bijzondere planten en dieren die hier nóg niet leven. Maar waarvan we dat wel graag willen. Het natuurgebied is onderdeel van Natuur Netwerk Brabant. Natuurnetwerk Brabant verbindt natuurgebieden met elkaar. Daardoor worden de leefgebieden voor planten en dieren uitgebreid.’
Hoe ontwikkelen we een Natte Natuurparel in de Vloeiweide?
Om een Natte Natuurparel te ontwikkelen moeten we meer en langer water vasthouden in het gebied. Dit doen we door het omhoog brengen van de bodem van de Bijloop en het verflauwen van de oevers. Daarnaast graven we van een aantal weilanden rondom de Bijloop de bovenste laag grond af. Door deze maatregelen komt het grondwater omhoog en houden we het langer in het gebied. Zo kan de natte natuur zich optimaal ontwikkelen. Zeldzame insectensoorten zoals de Moerassprinkhaan, de vlinder het gentiaanblauwtje en planten als teer guichelheil en blauwe knoop leven graag in natte natuur. Ook de vogel de wielewaal zou naar dit gebied kunnen komen.
Hoe herstellen we de beek de Bijloop?
De Bijloop is een diep liggende rechte beek met weinig kleine stromingen. In de zomer stroomt er zo weinig water door de beek dat het water stil staat. Er leven daarom weinig dieren en planten in en om de beek. Om het leven terug te krijgen zetten we stuw Hellegat open, plaatsen we zand en takkenbossen in de Bijloop en laten we de beek voor een deel meanderen (slingeren). Hiermee zorgen we voor verschillende stroomvariaties en zuurstof in het water. Dit is positief voor vissen zoals het Bermpje en de Riviergrondel. Ook voor insecten gaat het om bijvoorbeeld de Bosbeekjuffer en de Vlokreeft. Planten die naar verwachting gaan groeien zijn bijvoorbeeld de beekpunge en het drijvend fonteinkruid.